Waarde-eren = erkennen

20-06-2020

Cathy

Geen verandering zonder crisis, leerde Annie Mattheeuws me ooit. Ik ben benieuwd welke verandering er uit de coronacrisis voort gaat komen.

Er wringt voor mij iets bij de term 'het nieuwe normaal'. Ik voel er weerstand tegen. Het zit vermoedelijk in dezelfde kronkel als mijn weerstand tegen het woord aanvaarden. 'Aanvaarden' voelt voor mij te veel als zwijgen, je neerleggen bij de feiten, gewoon verder doen en niet 'trunten' 😉. Ook al ben ik in mijn leven slechts 1x letterlijk gaan betogen en probeer ik wat doordachter met mijn strijdenergie om te springen de laatste jaren, op de barricade gaan staan, is iets wat de vechter in mij waarschijnlijk nooit helemaal zal afleren. Ik ben benieuwd of deze wereldwijde bedreiging die Covid-19 heet en die ons allemaal een beetje deed voelen wat trauma-energie met ons lijf en leden kan doen voor meer begrip zal zorgen van slachtoffers van andere trauma's. Ik hoop het. Maar als we dan de andere pandemie bekijken, die van racisme, en de strijd die mensen met een niet blanke huidskleur of een niet Westers klinkende naam nog steeds moeten leveren om in hun pijn en die van hun voorouders gehoord te worden, maakt me dat triest. Mensen komen in opstand omdat hun pijn al zo lang genegeerd wordt.

De laatste weken merk ik dat ik iets vaker met mijn gedachten even richting mijn grootvader afdwaal, een man die overleed toen ik net zo oud was als mijn dochter nu, 20 jaar. Hij voerde in lijn met Levinas zijn eigen kleine strijd in menselijkheid. Als 10-jarige interviewde ik hem voor een schoolopdracht over oorlog en vrede. Daar hoorde ik zijn kleine heldenverhalen over hoe hij het oorlogsgeweld trachtte te verzachten door smout te smokkelen vanuit Nederland met zijn fiets of stiekem honing verdeelde aan jonge mama's in het dorp. Zijn grootste heldendaad na de oorlog, mijn moeder als jongste telg van zijn overleden zus opvoeden als zijn eigen dochter, daarover sprak hij nooit. Onder de gekende en alom vertelde verhalen van zijn opvliegende natuur die hij jammer genoeg jaren overgoot met een flinke portie alcohol, zat een gekwelde sensitieve man die nooit gehoord is geweest in zijn pijn van niet gezien te zijn. Ik heb hem pas echt helemaal gezien als de mens die hij in de kern was aan 't einde van zijn leven, in zijn dankbare strelen over mijn hoofd elke dag opnieuw als ik bij hem op ziekenbezoek ging. Breekbaar en fragiel was hij na zijn operatie van keelkanker in een groot en onbekend ziekenhuis ver weg van zijn geliefde immer trouwe echtgenote. Ook ik, ijverige student en mijn weg in Leuven en in 't leven zoekend, voelde me door hem erg gezien. Misschien is dat wel de meest pure waardering/erkenning die je kan krijgen, gezien worden in je kern en dus ook je pijn.

In mijn praktijk hoor ik vaak hoe lang mensen hun eigen pijn uit de weg gaan, vaak omdat het hen aan veilige nabijheid van anderen ontbreekt. Want wat zijn we toch bang van een ander zijn pijn. Als therapeut moet je bereid zijn om de pijn recht in de ogen te kijken. Er omheen wandelen is geen optie meer. Enkele weken geleden werd mijn hart warm van de kleine heldendaad van een vrouw die jaren na het misbruik door haar nonkel de moed bij elkaar raapte om naar de politie te stappen de dag dat haar zoontje de leeftijd had waar voor 't voor haar allemaal was begonnen. Ze werd gehoord en in haar waarde hersteld door de politieagent die van haar schoorvoetende melding een klacht maakte. Ze kreeg de ruimte en de tijd en kon zelf bijna niet geloven dat er naast haar therapeut, de 1ste persoon in haar leven die ze binnenliet in haar pijn en in haar zijn, nog iemand was die luisterde en haar niet voor gek verklaarde. Mijn volwassen ik danste even met het kind in mij.

Kelly

In één van de allereerste lessen in mijn opleiding tot ervaringswerker schoot ik al in weerstand. Herstel gaat over gelijkheid, dacht ik te hebben gehoord. We zijn niet gelijk en we zullen dat gelukkig ook nooit zijn. Maar gelijkwaardig dat zijn we wel, ongeacht kleur, geloofsovertuiging, positie in de maatschappij, het aantal diploma's dat aan je muur hangt of de hoeveelheid euro's op je bankrekening. Waar ik wil naar streven en wil blijven voor staan is de erkenning die ieder van ons hoort te krijgen. Het is pijnlijk om deze niet te krijgen. Vooral als je er blijft naar verlangen bij de mensen/op de plek waar je ze hoorde te krijgen. Misschien is het net dat wat mij triest maakt bij het zien van de beelden van de Black Live matters betogingen. De mensen die het verdienen krijgen door de mensen voor wie het enkel om machtsvertoon gaat en liever vernielen dan te gaan staan waar ze moeten voor staan opnieuw geen erkenning voor hun leed. Net dat maakt me triest. Hopelijk schrikken we binnen 50 jaar dat er moest betoogd worden voor gelijkheid en rechtvaardigheid. Ik probeer mijn kinderen evenwaardigheid voor te leven en zodoende mee te geven. Zij vinden het niet meer raar dat er een klasgenootje geen varkensvlees eet of dat hij tijdens de dag in hun vastenperiode niet mag eten. Ook zij gaan dit normaliseren naar hun kinderen. Hopelijk wordt dit het nieuwe normaal en niet het netjes op afstand blijven van elkaar zodat we nog minder in staat zijn de ander aan te voelen in zijn noden, zijn zijn, zijn pijn.

Het streven naar erkenning daar waar je ze hoort te krijgen kan een slepende tocht zijn. Het brengt je bij zoveel emoties en vooral bij zoveel teleurstellingen. Het bemoeilijkt ook erkenning te ontvangen van anderen hierin. Erkenning aan jezelf geven, is in herstel nochtans een zeer essentiële stap. Sommigen blijven in een slachtofferidentiteit steken. Zelf is het Callimero-effect mij altijd vreemd geweest ;-). Het is verdorie zo lastig om het gevoel alleen te staan om te buigen in een gevoel van gedragenheid. 'Niet trunten en voortdoen' we zijn er met zijn allen zo goed in. We gaan hierdoor voorbij aan onze eigen-waarde. Ieder van ons heeft het recht op zorg, gezien worden en ook geholpen worden. Ik snap het bij mezelf nog steeds niet hoe lastig en moeilijk dit kan zijn. Als ik bedreiging voel in de vorm van een hevige emotie die mij triggert in mijn kleine ik, is mijn eerste verweer 'ik doe het wel zelf'. Mijn ratio weet dat er heel veel mensen zijn die me dan willen helpen. Maar mijn binnenkant zegt nee! Hierin verandering brengen, ging niet zonder slag of stoot. Het deed me terug wanhopen en maakte me boos. Als ik nu terugkijk dan is het net de erkenning krijgen in de wanhoop die er voor zorgde dat ik opnieuw recht kon staan. Als ik nu voel dat anderen me zien, me horen en het lukt me niet dit te aanvaarden, moet ik bij mezelf zien te geraken. Als ik daar ben en mezelf kan zien en horen, dan pas hoor ik de ander. Dan pas voel ik de gedragenheid en de zorg en jawel de erkenning. Dan pas kan ik zijn!