Als loyaliteit groter is dan het gewaarzijn van de pijn
"Loyaliteit is goed als het ons beschermt en verbindt. De kracht van loyaliteit is verontrustend wanneer ze verdeelt en heerst." (Nuyts & Sels, p. 119)
Loyaliteit is aldus Nagy onze ingebouwde respons om ons te richten naar onze zorgfiguren. Of onze zorgpersonen ons geven waar we recht op hebben of onze noden om welke reden dan ook onbeantwoord laten, maakt geen verschil in onze hechtingsrespons.
Als volwassene blijven investeren of ons richten op onze zorgfiguren is destructief als de balans fundamenteel onfair is. Op deze manier ontstaan er intergenerationele patronen van gemis en pijn. Ik blijf geloven dat de meeste ouders het beste voor hebben met hun kinderen. Maar als dat 'beste' vanuit een eigen ononderkende nood of gemis is, wordt destructief recht opgebouwd. Dan helt op termijn de balans negatief door.
Als volwassene door deze (intergenerationele) pijn gaan, is geen evidentie, maar een fundamentele beweging in een therapeutisch proces.
Loyaliteit is een lastig beestje. Ik ben nu al geruime tijd 'therapie vrij' en toch merk ik nog hoe hard loyaliteit me soms in de weg staat.
'Blood is thicker than water' zegt men in het Engels. Voor mij klinkt dit nog juister dan onze Nederlandstalige equivalent 'bloed kruipt waar het niet gaan kan'. Wat familie doet of niet doet, plakt harder aan je vel dan wat niet-familie doet of laat. Van deze bloedband afstand nemen, zorgt voor een heus loyaliteitsconflict.
Het is lastig om dit proces op je eentje te doorlopen. Hoe hard je ook probeert die leegte gepast op of aan te vullen, het gemis blijft. Nog steeds merk ik hoe dit gemis me kan doen wankelen. Ik weet nochtans maar al te goed hoe toxisch het contact met mijn familie voor me was. In mijn hoofd zijn die banden al lang doorgesneden, maar mijn gevoel roept soms iets anders. Het is zeer lastig te beseffen dat wat ik emotioneel van hen nodig heb, nooit zal komen: erkenning, gezien en graag gezien worden. Gezien worden voor wie 'ik' ben en niet wat zij van mij wilden maken. Mijn ware ik... Dit beseffen maar vooral voelen, zorgt ervoor dat ik zo nu en dan nog eens in een gevoelsmatige rollercoaster terecht kom.
"Ik ben zo boos," roept de dame voor me. Ze maakt geen oogcontact.
"Ik hoor jou, je bent geraakt in een fundamentele pijn," probeer ik haar te bereiken. Het gesprek gaat over onze zorg als team dat de groepssessies deze vrouw volledig uit evenwicht brengen.
Na jaren van afstand nam haar moeder enkele maanden geleden terug contact op. Beiden geraakten al snel weer terug verstrikt in een extreem appèl van de moeder wat resulteerde in uitputting, emotionele ontregeling en relatieproblemen bij onze patiënte.
"Jullie willen gewoon van mij af. Jullie luisteren niet. Jullie begrijpen mij niet. Laat mij nu toch gewoon zeggen wat ik te zeggen heb," ze roept tussen haar tranen door, haar vuisten zijn gebald.
"Tanja, hallo!" Ik verhef ook mijn stem. "Wil je mij eerst even aankijken? Op deze manier kan ik je niet bereiken en kan jij me niet voelen." Ik blijf zoeken naar haar blik en ik adem. Blij ben ik dat we dit gesprek in co doen. Ik voel dat de rustige aanwezigheid van mijn collega mij gereguleerd houdt. Onze blikken kruisen af en toe.
Dan stopt Tanja even plots met snikken als ze begonnen is. Ik spreek haar aan met een zachte stem: "Tanja, kan je mij even zeggen tegen welk spook hier tussen ons je je boosheid eigenlijk richtte?" Ik glimlach zachtjes. En dan zie ik haar weer, zij ziet mij.
"Ik weet het." Haar stem is rustig nu. "Ik ben helemaal het noorden kwijt sinds mijn moeder terug in mijn leven is. Karel heeft gelijk, die muur tussen ons nu, zou ik beter terug tussen mij en mijn moeder zetten." Ze zucht. Ik glimlach zacht en knik.
"Weet je, ik ben zoveel verloren toen mijn pleegouders overleden zijn. Ik mis hen zo. Ze zijn altijd mijn baken geweest, vooral ook toen mijn moeder voor de zoveelste keer in opname ging." Nu Tanja contact kan maken met haar pijn, kan ze ook met mij contact maken. Of is het andersom... Als ze contact met haar pijn kan maken, er niet door opgeslokt wordt, kan ze uit haar destructief appellerend gedrag stappen. Opnieuw komen er tranen, maar haar lichaam is deze keer niet opgespannen. Ze blijft in contact. Zo kunnen we samen de pijn (ver)dragen.
Het was voor mijn herstel noodzakelijk om afstand te nemen. Al duurde het een geruime tijd vooraleer ik tot dit besef kwam en dan ook de moed had om hierin de nodige stappen te zetten. Mijn team van gedegen therapeuten zette me op weg en Cathy's soms ongecensureerde opmerkingen hielpen me dichter bij mezelf en mijn pijn te komen. In een eerste fase was het gewoon het letterlijk afstand houden dat nodig was om zonder hun oordeel te leren in mijn eigen waarde te gaan geloven om er dan pas later in te blijven staan. Wie ben ik zonder de zware last van de verantwoordelijkheid om een systeem dat vooral uit luchtkastelen bestond te moeten in stand houden? Pas toen ik daarop echt doorleefd antwoord kon geven, hoefde ik me niet meer te verantwoorden voor wie ik ben, voor waar ik voor sta, voor de keuzes die ik maak. Vanaf toen kon ik tenvolle zijn!